SV | Toen werd de verlossing te dienzelven dage het ganse volk tot rouw; want het volk had te dienzelven dage horen zeggen: Het smart den koning over zijn zoon. |
WLC | וַתְּהִ֨י הַתְּשֻׁעָ֜ה בַּיֹּ֥ום הַה֛וּא לְאֵ֖בֶל לְכָל־הָעָ֑ם כִּֽי־שָׁמַ֣ע הָעָ֗ם בַּיֹּ֤ום הַהוּא֙ לֵאמֹ֔ר נֶעֱצַ֥ב הַמֶּ֖לֶךְ עַל־בְּנֹֽו׃ |
Trans. | 19:3 watəhî hatəšu‘â bayywōm hahû’ lə’ēḇel ləḵāl-hā‘ām kî-šāma‘ hā‘ām bayywōm hahû’ lē’mōr ne‘ĕṣaḇ hammeleḵə ‘al-bənwō: |
Toen werd de verlossing te dienzelven dage het ganse volk tot rouw; want het volk had te dienzelven dage horen zeggen: Het smart den koning over zijn zoon.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen werd de verlossing te dienzelven dage het ganse volk tot rouw; want het volk had te dienzelven dage horen zeggen: Het smart den koning over zijn zoon.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!